Al vroeg wist ik dat ik naar de Landmacht wou gaan. Omdat ik nog te jong was om te starten, ben ik begonnen met het ‘oriëntatiejaar Koninklijke Landmacht’ (OJKL). Toen dat erop zat ben ik als Beroeps Bepaalde Tijd (BBT) doorgegaan bij de Pantserinfanterie.

De eerste uitzending naar Afghanistan volgde korte tijd later. Mijn functie was die van YPR-chauffeur (pantservoertuig op rupsbanden). De winter toen in Afghanistan was koud, met temperaturen rond de -30. De bevolking en lokale troepen hadden niks en aten alles op wat ze kregen. Het is een heel andere wereld, er was onder de bevolking ook veel drugsgebruik. Als er geschoten werd op de vijand, dan liepen ze door de drugs gewoon door als ze geraakt waren.

Terug in Nederland stond familie en vrienden te wachten. Het was vreemd om weer te rijden in een omgeving zonder continue dreiging van bermbommen en hinderlagen. Ik wou mijn leven weer oppakken maar ik zat met mijn hoofd nog in Afghanistan, er zijn tijdens die missie twee jongens van mijn eenheid overleden door een vuurgevecht, dat heeft bij mij veel indruk gemaakt. Bij een aantal vrienden merkte ik dat we weinig meer gemeen hadden, we begrepen elkaar niet waardoor ik niks met ze kon delen, ze waren ineens heel jong in mijn ogen.

Ik keek gek genoeg uit naar een volgende uitzending. In de tussentijd had ik mij aangemeld bij 12-C paraeenheid van de Luchtmobiele brigade. Dit keer ging ik als Patria-chauffeur (patria: 6×6 pantserwagen). Precies één jaar en één dag na mijn vorige uitzending was ik weer terug in missiegebied. In de eerste week kwam er een mortier neer bij de douches, waarbij gewonden vielen. Het werd geen goede uitzending.

Halverwege de uitzending reden we in een patrouille en zat ik in het negende voertuig. Er waren dus al acht voertuigen ons voorbij gereden toen we op een bermbom reden. Eerst ga je je storingsreacties uitvoeren en dan zie je wat er aan de hand is. Drie jongens werden gewond afgevoerd en ik zelf hoestte bloed. In één klap waren onze levens naar de klote. Door bezuinigingen was er overal een zwaar tekort aan materieel en voertuigen, mij werd een oud voertuig toegewezen. In het voertuig waar ik nu dan in moest rijden mistte gereedschap. Dat moest ik van mijn leidinggevende uit het oude voertuig halen, het voertuig en sommige gereedschap delen zat onder het bloed van mijn kameraden, geen fijn gezicht.

Dit keer was het heel anders thuiskomen: er waren nog maar een paar mensen die mij stonden op te wachten, waaronder mijn ouders. Het leven ging door. Toen ik een tijd later standby stond voor een andere missie voelde ik dat ik echt niet meer wou en dat het tijd werd voor een rustigere functie. Hierna ben ik in Den haag gestart als VIP-chauffeur bij Defensie. Sommige VIP’s vroegen aan mij waarom ik er zo vermoeid uit zag, dat kwam omdat ik zo slecht sliep. Hierna ben ik gestart met hulpverlening, maar een toekomst bij Defensie was er niet meer.

Defensie heeft mij een levenservaring gegeven waardoor ik kan waarderen wat ik heb. Na het verbouwen van mijn huis ben ik getrouwd en nu werk ik als juwelier in het familiebedrijf.