Tijdens mijn rechtenstudie, heb ik in één van de laatste lichtingen mijn dienstplicht vervuld. Eigenlijk kwam de dienstplicht niet heel erg slecht uit, het was een moment om te oriënteren of ik mijn studie nog wilde afmaken.
Al snel was er een vraag wie interesse had om deel te nemen aan een uitzending naar Bosnië en Herzegovina. Nadat ik mij had opgegeven, volgde korte tijd later een uitzendkeuring. Ik hoorde er niets meer van. Tijdens sport, het was vlak voor kerst, hoorde ik ineens dat ik was geselecteerd. Binnen 2 maanden zou ik vertrekken.
In januari 1996 kreeg ik een stoomcursus van 2 weken als voorbereiding, waarna we in februari naar Bosnië vertrokken. Ik maakte deel uit van de ‘European Community Monitoring Mission’, waarbij het onze taak was om de naleving van het akkoord van Brioni te monitoren. Ik werkte 1 dag op, 1 dag af. Op vrije dagen ging ik vaak mee met een konvooi of liep ik door Sarajevo. We waren niet bewapend, waardoor we door alle partijen niet gezien werden als een dreiging. Ik heb veel van het land gezien, inclusief de gevolgen van de oorlog. Er werkten een aantal locals als tolk of chauffeur voor de organisatie. Ze waren ook student geweest, maar hun studie was ongeldig verklaard doordat ze onderwijs hadden gevolgd bij professoren die na de oorlog als vijandelijk werden beschouwd. Ik realiseerde mij: ‘pak de kansen die je als Nederlander krijgt, het is allemaal niet vanzelfsprekend’.
Terug in Nederland heb ik mijn studie afgerond en ben ik aan het werk gegaan. Als advocaat werkte ik vooral alleen. Ik miste het teamwork. De Nationale Reserve bood mij de mogelijkheid om samen bezig te zijn. Toen ik door een blessure een paar keer een opkomst had gemist, vroegen mijn collega´s waar ik was geweest. Ze hadden me oprecht gemist. Echt een andere wereld dan mijn voltijdse baan als advocaat. Na dertien jaar bij de Natres en veel bewakingsoefeningen, begon ik te kijken naar andere mogelijkheden als reservist. Ik ben toen overgestapt naar 1 Civiel Militair Interactie Commando. Hier kon ik meer werken in mijn vakgebied.
In 2016 ben ik gestopt als advocaat en heb full time back fill-opdrachten gedaan. Bij de School Voor Vredesmissies (SVV) heb ik gewerkt als instructeur voor de Missie Gerichte Opleiding. Ik gaf mijn collega´s les over onder anderen de gevolgen van stress. Dat bracht mijn eigen ervaringen naar boven. Na twintig jaar viel het kwartje. Ineens begreep ik waarom ik destijds wat onverschillig was. Ik was op zoek naar spanning en dacht na over hoe dingen zijn gelopen. Een gebeurtenis tijdens mijn uitzending die mij nog helder voor de geest staat, is dat ik op een avond in Mostar met een collega besloot om toch maar niet naar binnen te gaan in de enige bar die open was. Een half uur later is hier een handgranaat ontploft. Pas later realiseerde ik mij dat ik geluk heb gehad. Terug in Nederland zag ik op foto´s dat ik in ‘mijnengevaarlijk’ gebied heb gestaan. Dat besefte ik toen helemaal niet.
Mensen die mij lang kennen zeggen dat er een Marc ‘voor’ en ‘na’ de missie is. De uitzending heeft de relatie met mijn vader ook hechter gemaakt, omdat ook hij veteraan is (Libanon ’81) en we vergelijkbare uitzendervaringen hebben. Ik heb nooit spijt van mijn beslissing gehad om op missie te gaan. Mijn missie heeft mij geen beter, maar een completer mens gemaakt.